In de vee-industrie lopen biggetjes het risico om geplet te worden door hun moeder. Vooral in de eerste week na de geboorte sterven veel biggen omdat de zeug op ze gaat liggen. Dit gebeurt niet omdat de zeug een slechte moeder is, maar omdat ze op geen enkele manier haar moedergedrag kan uiten. Een onrustige zeug van 300 kilo staat opgesloten in een kooi waarin ze zich niet kan omdraaien. Toch moet ze elke keer als ze gaat zitten of liggen haar biggen – die nauwelijks meer dan een kilo wegen – in de gaten houden.
Geboren in een krap, kaal hok
Zeugen zijn van nature zorgzame moeders. Een zwangere zeug bouwt voor de bevalling een warm nest voor haar biggen. Als de biggen nog klein zijn, is de zeug extra voorzichtig als ze in het nest gaat liggen. Ze communiceert met ze door te snuffelen, te knorren en de biggen zachtjes aan de kant te duwen met haar snuit. Zo houdt een moedervarken goed in de gaten waar de biggen zijn voordat ze langzaam gaat liggen.
In de vee-industrie worden biggen geboren in een kaal, betonnen hok. De zeug staat opgesloten in een kraamkooi, waarin ze nauwelijks kan bewegen. Communiceren met haar biggen wordt een stuk moeilijker als de zeug zich niet eens kan omdraaien. Ook voorzichtig gaan liggen en snel weer opstaan als een big gilt gaat niet in een kooi.
Steeds meer (zwakke) biggen
In de vee-industrie krijgt een zeug onnatuurlijk veel biggen. In plaats van vijf biggen per worp zoals het wilde zwijn, krijgen zeugen nu al zestien biggen per worp. Een moedervarken moet dus drie keer zoveel biggen in de gaten houden. Bovendien zijn veel biggen te zwak om haar snel te ontwijken als ze gaat liggen. Want hoe meer biggetjes een zeug in één keer krijgt, hoe meer kleine, zwakke biggen ertussen zitten.
Geef zeugen de ruimte om moeder te zijn
Zeugen zijn geweldige moeders, maar ze moeten wel de kans krijgen om voor gezonde, sterke biggen te zorgen. Het fokken van zeugen om steeds meer biggen te krijgen, moet daarom stoppen. Daarnaast kan een zeug in een kraamkooi onmogelijk haar moedergedrag uiten. Wat een moedervarken wél nodig heeft is genoeg ruimte om haar te biggen te vermijden als ze gaat liggen. En een flink pak stro om in alle rust een veilig nest te bouwen.