Bij 99% van de Nederlandse biggen wordt de staart afgebrand of afgeknipt – het zogenaamde couperen. Deze akelige ingreep gebeurt zonder enige vorm van verdoving of pijnstilling. Dat is enorm pijnlijk want de staart is een gevoelig lichaamsdeel dat zenuwen bevat tot in het puntje. Tijdens het amputeren krijsen de biggetjes van de pijn. Van de vrolijke krulstaart blijft alleen een kort stompje over.
Couperen is verboden
Europese richtlijnen verbieden het routinematig afbranden van biggenstaarten al sinds 1991. Toch wordt deze praktijk nog steeds gedoogd om staartbijten te voorkomen. Dat staartbijten gebeurt voornamelijk als varkens met teveel dieren te dicht op elkaar staan in krappe, kale stallen. Varkens hebben een sterke behoefte om te wroeten en dat is in de meeste varkensstallen onmogelijk. Door de eindeloze verveling en frustratie gaan de varkens in elkaars staarten bijten, met open wonden en ontstekingen tot gevolg.
Couperen is niet nodig
Varkensstaarten worden afgebrand zodat hokgenoten er niet in kunnen bijten. Zo bestrijden varkenshouders de symptomen van een gebrekkige huisvesting, zonder iets te doen aan de oorzaak. Om staartbijten tegen te gaan, kunnen boeren ook gewoon het aantal dieren per hok verminderen. Daarnaast behoren ze hun stallen te voorzien van afleidingsmateriaal waar varkens in kunnen wroeten, op kunnen kauwen en mee kunnen spelen. Staartbijten komt nauwelijks voor bij varkens die genoeg ruimte en afleiding hebben.
Krulstaart is belangrijk voor varkens
Varkens hebben hun krulstaart niet voor niets. Het zijn sociale dieren die hun staart gebruiken voor onderlinge communicatie. Zo laten ze – met de houding en beweging van hun staart – aan elkaar en aan de varkenshouder weten hoe ze zich voelen. Het afbranden van de krulstaart is een pijnlijke én onnodige aantasting van het varken.
