Ik ervaar het als heel dubbel. Het schattige, witte varkensschuurtje is niet meer. Eerlijk gezegd was het een onpraktisch onderkomen voor mijn varkens. Onpraktisch voor mij, want de deuren waren niet op menselijke grootte ingericht. Bukkend naar binnen en dan proberen een baal stro mee te krijgen. Maar de uitstraling had iets grappigs. Scheef, gaatjes in de muur van versleten gesteente. Eigenlijk straalde het schuurtje uit wat wij hier niet doen en dat was dus passend: geen steriel, recht gemetseld hoog bouwwerk zonder ramen.
Toen ik hier twaalf jaar geleden kwam wonen en als varkensboerin aan de slag wilde, heb ik heel wat moeten overwinnen om het schuurtje in te richten voor mijn varkens. Het stond al zeker 15 jaar leeg. Maar dat gold niet voor families spinnen en ratten. Pffff……… En de afgelopen jaren heb ik heel wat mannen lief aan moeten kijken, om het schuurtje in de benen te houden. Een extra plank hier; nieuwe balken onder het dak, wat stenen erbij metselen tegen de binnenmuur. Maar op een gegeven moment houdt het op. Het dak begon in te zakken. De vakman erbij. De aannemer had niet lang nodig om het eindoordeel uit te spreken: onbewoonbaar verklaard. Tijd voor renovatie en het asbestdak saneren. De varkens heb ik in paardenboxen als noodopvang gehuisvest. Ja ja. Met buitenuitloop hoor!
Misschien ben ik wel overgevoelig, maar twaalf jaar varkens houden in dat schuurtje passeren de revue. Hier liep eerst de dekbeer met zijn zeugen. Die zijn later verhuist naar de stal ernaast. Hier was er een betonnen uitloop aan de voorzijde en een onverharde uitloop aan de achterzijde. Natuurlijk huisvesten pur sang. Hier hebben in die twaalf jaar misschien wel een kleine duizend varkens geleefd.
Hier heb ik ook de emotionele uitbarsting van mijn buurman Bennie ondergaan. Hij was een gangbare varkensboer. Mijn buurman, een echt goede buurman. Jazeker. Varkens houden deden wij op een totaal andere manier vanuit totaal andere principes. Maar wij waren als mensen heel goed met elkaar. Vrijwel dagelijks reed hij langs, want zijn kudde schapen graasde in een weiland naast mijn land. Als prille boerin was ik in de mestkelder gegaan van dit witte schuurtje. Want er was een big in beland. Toen ik met het biggetje trots weer uit de kelder kwam, stond plots mijn buurman daar. Emotionele boosheid, hoe ik het in mijn hoofd kon halen de mestkelder in te gaan. Dat was zeer gevaarlijk door altijd aanwezig blauwzuur als neveneffect van ammoniak uit de mest, Ik had wel dood kunnen zijn. Dat moest ik nooit meer doen. Geschrokken en weer wat wijzer als beginnende boerin beloofde in Bennie dit niet meer te doen. Alhoewel er in de kelders van dit schuurtje geen drijfmest zit, want mijn varkens huizen op stro. Ik begreep zijn vurige, goedbedoelde reactie. Ik zou zeker niet de eerste zijn die daaraan bezweek.
Kijkend naar mij afgebroken schuurtje en denkend aan Bennie mijn buurman. Een paar jaar geleden is hij omgekomen in zijn varkensstal omdat hij zijn hond wilde redden uit de drijfmestkelder op zijn varkensbedrijf. Een werkelijk verdrietig drama. De buurt is hier nooit meer hetzelfde geweest. Bennie was menselijk, betrokken en een verbindende schakel.
Wat heeft een stenen, oud schuurtje zijn eigen verhaal. Wat symbolisch dat de tand des tijds letterlijk ruimte schept voor iets nieuws. Maar Bennie leeft in mijn gedachten voort.
Diana Saaman
Natuurlijke varkenshouderij Frank en Frij