Ieder jaar worden een miljoen zeugen meer dan 80 dagen opgesloten in een krappe kraamkooi. De EU laat nu onderzoeken of dat anders kan. Ook het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is hierbij betrokken. Het onderzoek moet leiden tot verbeterde wetgeving, waarbij de zeug verplichte bewegingsvrijheid krijgt in het kraamhok. Een goede stap, want voor zeugen kan het einde van de kraamkooi niet vroeg genoeg komen.
Moedervarken wordt opgesloten
Vrijwel iedere zeug in Nederland wordt aan het eind van haar zwangerschap opgesloten in een kraamkooi. Ze wordt voor een periode van vier tot vijf weken klemgezet tussen metalen stangen en kan daar geen kant op. Stress, frustratie en verveling zijn het gevolg. Een kraamkooi biedt geen ruimte voor het natuurlijk gedrag van een moedervarken. Ze kan zich niet eens omdraaien, laat staan een nest bouwen, of voor haar biggen zorgen. De kraamkooi veroorzaakt enorm veel dierenleed in de varkenshouderij.
Elk jaar brengen bijna een miljoen Nederlandse zeugen zo’n 80 dagen door in een kraamkooi. Dat is bijna een kwart van hun totale leven! Kraamkooien worden ingezet om jonge biggen te beschermen. Omdat moeder en biggen in een klein hok staan, bestaat het risico dat de zeug per ongeluk op een big gaat liggen. Vooral de eerste dagen na geboorte kan dit gebeuren, omdat de biggen dan nog niet mobiel genoeg zijn om op tijd aan de kant te gaan. Door de zeug op te sluiten in een kraamkooi krijgen de biggen meer ruimte om haar te ontwijken. Dit is echter een uiterst dieronvriendelijke oplossing voor een probleem dat voornamelijk wordt veroorzaakt door te kleine hokken en de constante toename van het aantal biggen per worp.
Wetgeving gaat veranderen
Volgens de Nederlandse wet is het gebruik van de kraamkooi toegestaan, maar Europa wil verandering. De Europese Unie maakt geld vrij voor een onderzoek naar meer bewegingsruimte voor zeugen in het kraamhok. Ook de Nederlandse overheid is betrokken bij het onderzoek, dat koopt tot eind volgend jaar. Het onderzoek richt zich eerst op een tijdelijke kraamkooi. Hierbij staat de zeug de eerste dagen na de bevalling nog steeds vast, maar mag ze daarna vrij bewegen in het hok. De resultaten moeten leiden tot aanpassing van Europese wetgeving. Is dit het begin van het einde voor de kraamkooi?
Beter welzijn zonder kooi
Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het welzijn van een zeug sterk verbetert naarmate ze minder tijd doorbrengt in de kraamkooi. Juist als haar biggen een paar dagen oud zijn, wil ze meer gaan bewegen. Zodra de kooi opengaat, is een zeug actiever in het kraamhok. Ze besnuffelt alles en maakt meer contact met haar biggen. Zonder kraamkooi kan een zeug zich weer gedragen als een moeder.
Varkens in Nood zet zich al jaren in voor de moedervarkens. Wij zien het liefst een algemeen verbod op de kraamkooi, zodat zeugen helemaal niet meer worden opgesloten. Tot die tijd pleiten we voor ruimere, veilige hokken voor zeug én biggen. De aankomende Europese wetgeving is hopelijk een eerste stap in de goede richting.
Als bioloog voerde ik vijf jaar lang wetenschappelijk onderzoek uit naar het gedrag en welzijn van varkens in de intensieve varkenshouderij. Dit werk bracht me oog in oog met het dierenleed dat zich op varkensbedrijven afspeelt. Varkens worden behandeld als producten en niet als de slimme, nieuwsgierige levende wezens die ze zijn. Dit wil ik veranderen. Bij Varkens in Nood zet ik me daarom in voor de miljoenen varkens in de Nederlandse vleesindustrie.